Kralingse Bos een icoon voor natuur en recreatie in Rotterdam

17 September 2024, 13:45 uur
Rotterdam & Regio
mainImage
PR

Een verhaal over veenvorming, turfwinning, een groeiende stad en de toenemende behoefte aan recreatie én natuur. Dat verhaal is te lezen in het boek ‘Het Kralingse Bos. Portret van een boschpark’, dat vanaf komend weekend te koop is bij de boekhandel. De auteurs werkten er twee jaar aan.

Marius Huender en Dik Vuik geven sinds 2017 rondleidingen in het Kralingse Bos. In 2022 gaven ze een tijdschrift uit met een beknopte geschiedenis van dat bos. Het boek dat nu verschijnt, is de finale van hun inspanningen om de geschiedenis en de natuur- en recreatiewaarde van het Kralingse Bos voor iedereen te beschrijven.

De geschiedenis van dat kleine stukje landschap in Rotterdam is bijzonder. In duizenden jaren vormde zich een veenlandschap, dat in de afgelopen eeuwen eerst werd afgegraven voor turfwinning en ten slotte na inpoldering weer grotendeels land werd. Op dat land besloot de gemeenteraad in 1911 een nieuw park aan te leggen waarin zowel natuur als recreatie een plek zouden krijgen. Het werd daarom een ‘boschpark’ genoemd.

De aanleg zou tientallen jaren duren. De poldergrond moest zeven meter worden opgehoogd om er bomen op te kunnen planten. Door stagnatie tijdens de Eerste Wereldoorlog startte het ophogen pas in 1920, met grond die uit de destijds gegraven Waalhaven kwam. Het ophogen duurde tot 1930. Intussen werd wel een eerste deel van het bos aangeplant, tijdens de Boomplantdag in 1928 aan de oostkant van de Kralingse Plas.

Door de Wereldcrisis in de jaren dertig en de daarop volgende Tweede Wereldoorlog liep de verdere aanleg weer vertraging op. Toch valt er ook over deze periode veel te vertellen. Zo werden in de jaren dertig al het strandbad en een uitzichtsheuvel aangelegd. De oude boerenhuisjes rondom de plas werden gesloopt en maakten plaats voor groen.
 
Bevrijders kwamen door het bos Rotterdam binnen
Tijdens de oorlog vond er weliswaar geen aanplant plaats, maar toch was het bos een toneel voor tal van ontwikkelingen. In mei 1940 beschoot een Nederlandse artillerie-eenheid de Duitse stellingen in Rotterdam-Zuid en na het bombardement werd het bos een tijdelijk vluchtoord voor Rotterdammers die hun in brand staande wijken verlieten. Vanaf 1941 werd het oostelijke bos, de aanplant van 1928, door Duitse troepen gebruikt voor munitie-opslag en afweergeschut. Ook bij de bevrijding speelde de omgeving van het bos een rol: de vliegtuigen die voedsel dropten bij Terbregge vlogen via een route over de Kralingse Plas en de Canadese bevrijders reden langs de Plaszoom Rotterdam binnen.

Na de oorlog ontwikkelde het bos zich vanaf de jaren zestig en zeventig tot een ongekend populair recreatiegebied, terwijl het tegelijk toch ook een echt bos bleef. Beheersers van he bos vertellen in het boek over hoe dat verliep en hoe de inzichten voor onderhoud veranderden naar een steeds natuurlijker aanpak.
Er kwam steeds meer horeca in het bos, maar ook attracties als het hertenkamp en de kinderboerderij. Het Holland Pop Festival was in 1970 het eerste meerdaagse evenement in het bos en er zouden nog veel andere evenementen volgen.
 
‘Het Kralingse Bos is er voor alle Rotterdammers’
De auteurs wijzen op het belang van het bos voor de toekomst van het groen in de stad. Interviews met bureau Stadsnatuur en andere betrokkenen maken duidelijk hoe belangrijk die rol blijft, temidden van verdere verstedelijking en woningbouw in de stad. “Het Kralingse Bos is een icoon, voor zowel de natuur in de stad als voor recreatie. Er is zoveel te beleven voor iedereen, van vleermuisexcursies tot sportvoorzieningen en festivals, dat we gerust kunnen stellen dat het bos voldoet aan het oorspronkelijke ideaal van een volkspark. Het is een gebied geworden met prachtige natuur en tegelijk mogelijkheden voor alle Rotterdammers die er willen ontspannen en recreëren.”
 
 ‘Het Kralingse Bos. Portret van een boschpark.’ telt 294 pagina’s, is rijk geïllustreerd en heeft een voorwoord van burgemeester Aboutaleb. Na 21 september te koop.